Actueel
Nederlandse gemeenten slaan alarm: zorgen over toenemende criminaliteit onder Syrische jongeren
Verschillende Nederlandse gemeenten hebben bij het ministerie van Justitie en Veiligheid aan de bel getrokken over een verontrustende trend: een toenemend aantal jonge Syrische statushouders raakt betrokken bij criminele activiteiten. Vooral in middelgrote steden en kwetsbare wijken ziet men een stijging van jongeren uit de Syrische gemeenschap die afglijden in drugshandel, diefstal of geweldsincidenten. Gemeenten vragen dringend om gerichte ondersteuning, preventiebeleid en betere integratieprogramma’s.
Signalen vanuit meerdere hoeken
De zorgen zijn niet nieuw, maar de signalen stapelen zich de laatste maanden op. In steden als Arnhem, Enschede, Lelystad en Rotterdam constateren wijkagenten en jeugdhulpverleners dat jongeren met een Syrische achtergrond steeds vaker opduiken in politieonderzoeken. Het gaat vooral om jongens tussen de 14 en 22 jaar oud, vaak geboren in Syrië of op jonge leeftijd gevlucht naar Nederland.
“Het begint klein: schooluitval, hangen op straat, contact met verkeerde vrienden. Maar het kan razendsnel omslaan in criminaliteit,” zegt een jeugdcoördinator uit Arnhem. “We hebben te maken met een groeiende groep jongeren die tussen wal en schip valt.”
Volgens een intern rapport van een grote gemeente, ingezien door de Volkskrant, gaat het om tientallen gevallen per stad per jaar — een percentage dat verhoudingsgewijs hoger ligt dan bij andere migrantengroepen van vergelijkbare leeftijd.
Oorzaken: trauma, taal en uitsluiting
Experts wijzen op een combinatie van factoren die deze kwetsbaarheid verklaren. Veel Syrische jongeren hebben oorlogstrauma’s opgelopen, hebben lange tijd in onzekerheid geleefd in asielzoekerscentra en ervaren structurele achterstanden op school en de arbeidsmarkt.
“Als je als puber geen diploma hebt, geen perspectief en constant wordt afgewezen op basis van je achternaam of gebrekkige taal, is de kans groter dat je vatbaar bent voor verleiding van straatcultuur,” zegt criminoloog Marianne van Dijk van de Universiteit Leiden.
Daar komt bij dat sommige jongeren moeite hebben met het vinden van aansluiting bij Nederlandse leeftijdsgenoten, maar tegelijkertijd ook botsen met de normen van hun ouders of traditionele gemeenschappen. “Ze zitten vaak klem tussen twee werelden.”
Politie en jeugdzorg luiden de noodklok
Bij politie-eenheden in de grote steden klinkt de roep om snellere en effectievere samenwerking met jongerenwerk en scholen. Wijkagenten signaleren dat sommige jongeren al op jonge leeftijd worden ingezet als loopjongens in de drugscriminaliteit.
“Ze zijn jong, kennen de regels nog niet goed, en criminelen zien hen als makkelijk inzetbaar. Voor je het weet, zitten ze er diep in,” zegt een rechercheur uit de regio Den Haag.
Ook jeugdzorgorganisaties trekken aan de bel. Zij geven aan dat de reguliere aanpak voor risicojongeren vaak onvoldoende aansluit bij de culturele achtergrond en psychische problematiek van deze specifieke groep. “Er is meer nodig dan alleen een uurtje maatschappelijk werk per week,” aldus een hulpverlener van Stichting Nidos, die werkt met alleenstaande minderjarige vluchtelingen.
Gemeenten vragen om landelijke aanpak
Diverse burgemeesters en wethouders hebben het ministerie inmiddels verzocht om een landelijke taskforce. Ze willen extra middelen voor onderwijs, begeleiding, traumaverwerking en gezinscoaching. Ook pleiten ze voor betere monitoring van risicogezinnen en snellere signalering op scholen.
Wethouder Maarten de Vries van een middelgrote gemeente in Gelderland zegt:
“We hebben te lang gedacht dat integratie vanzelf zou gaan. Dat blijkt niet zo te zijn. We moeten nú investeren in deze jongeren, anders verliezen we een hele generatie.”
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid laat in een reactie weten “de zorgen serieus te nemen” en werkt samen met gemeenten aan een aanvullend beleidspakket. Daarbij wordt gekeken naar succesvolle lokale initiatieven die mogelijk breder kunnen worden uitgerold.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data132512191-bf7b93.jpg)
Niet stigmatiseren, maar aanpakken
Organisaties die werken met vluchtelingen waarschuwen ondertussen voor het gevaar van stigmatisering. VluchtelingenWerk Nederland benadrukt dat het overgrote deel van Syrische jongeren juist hun best doet om een nieuw leven op te bouwen. “We mogen niet generaliseren. Er zijn duizenden Syrische jongeren die studeren, werken en bijdragen aan de samenleving. Maar voor de jongeren die dreigen af te glijden, moet er wél iets gebeuren,” aldus een woordvoerder.
Ook hoogleraar integratievraagstukken Halleh Ghorashi benadrukt het belang van balans:
“Het benoemen van problemen is nodig. Maar dat moet gepaard gaan met structurele oplossingen, niet met verwijtende vingerwijzingen. Jongeren glijden af als ze geen toekomstperspectief hebben — niet omdat ze uit Syrië komen.”
Hoopvolle initiatieven
Toch zijn er ook lichtpuntjes. In steden als Utrecht en Zwolle worden al langer programma’s ingezet waarbij kwetsbare jongeren met een vluchtachtergrond worden gekoppeld aan mentoren, sportclubs en stagebedrijven. In sommige wijken is de schooluitval gedaald en zijn jongeren juist positief betrokken bij buurtinitiatieven.
Zo zegt de Syrisch-Nederlandse jongerenwerker Ahmad (24) uit Lelystad:
“Ik weet hoe het is om je verloren te voelen. Maar ik heb geluk gehad met mensen die in mij geloofden. Nu probeer ik dat voor anderen te zijn.”
Slot
De signalen die Nederlandse gemeenten afgeven zijn ernstig en vragen om een gecoördineerde, menselijke en doortastende aanpak. Het probleem benoemen is nodig — maar dan met het oog op oplossingen, kansen en ondersteuning. Want alleen zo voorkomen we dat kwetsbare jongeren uit een oorlogssituatie opnieuw in een strijd belanden — ditmaal midden in onze eigen samenleving.
Actueel
“Ik krijg 3 uur slaap per week”: hoe een jonge familie weer balans vond

Wanneer er een baby komt, verandert het leven ingrijpend. De eerste weken zijn vaak intensief en vragen veel van ouders, zowel lichamelijk als mentaal. In dit verhaal volgen we Mary (25) en Jake (29), die na de geboorte van hun dochter Tilly merkten dat verwachtingen en werkelijkheid niet altijd naadloos op elkaar aansluiten. Hun ervaring laat zien hoe belangrijk communicatie, steun en praktische hulp zijn om als gezin weer evenwicht te vinden.

De start: hoge verwachtingen en een drukke realiteit
Na de geboorte van Tilly keken Mary en Jake uit naar een warme, gezamenlijke tijd. De bedoeling was om zorgtaken eerlijk te verdelen, met ruimte voor herstel, rust en wennen aan het nieuwe ritme. In de praktijk bleek dat lastiger dan gedacht. Terwijl Mary vooral nachten maakte met voedingen en verzorging, raakte Jake zijn structuur kwijt tijdens zijn verlof. De dagen werden ad hoc ingevuld en de geplande 50/50-verdeling verschoof langzaam, zonder dat iemand dat zo bedoelde.
Slaaptekort bouwde zich op. De combinatie van onregelmatige nachten, nieuwe verantwoordelijkheden en het zoeken naar een werkbare routine kostte veel energie. Mary probeerde door te gaan en “de boel draaiende te houden”, maar merkte dat ze uitgeput raakte. Jake vond het ondertussen lastig om zijn rol helder te krijgen en houvast te vinden in de dagelijkse verzorging.

Het kantelpunt: een moment dat de ogen opent
Tijdens een kleine bijeenkomst voor Tilly’s eerste maand werd duidelijk hoe zwaar het was. Waar de middag bedoeld was om samen te vieren, kwamen de spanningen aan de oppervlakte. Mary voelde dat haar energie op was en zakte op een gegeven moment weg. Dat moment maakte zichtbaar dat het thuis te veel op één persoon leunde. Niet uit onwil, maar door een combinatie van vermoeidheid, onwennigheid en miscommunicatie.
Dat kantelpunt werkte als een wake-upcall: zo kon het niet langer. Familieleden zagen wat er speelde en besloten mee te denken over een praktische, zorgzame oplossing die het welzijn van het hele gezin centraal stelde.

De interventie: praktische hulp en ruimte om op te laden
De dag erna stonden Mary’s schoonfamilie en een professionele oppas op de stoep. Niet om te oordelen, maar om mee te doen. Mary kreeg de kans om een midweek in een rustige omgeving bij te komen: slapen, ontspannen en even loskomen van het continue “aanstaan” van de eerste babyweken. Tegelijkertijd bleef Jake thuis, mét ondersteuning. De oppas hielp hem met structuur: van het herkennen van honger- en slaapsignalen tot veilige verzorging, bad- en slaaproutines, en het slim verdelen van huishoudelijke taken.
Die dubbelstrategie—herstelruimte voor de één, gerichte begeleiding voor de ander—bleek precies wat nodig was. Mary kon fysiek en mentaal opladen, terwijl Jake in korte tijd praktische vaardigheden en vertrouwen opbouwde. Het resultaat: rust aan beide kanten en een gedeeld vertrekpunt om opnieuw te beginnen.

Terug thuis: een nieuwe dagindeling die werkt
Na de rustperiode kwam Mary thuis in een omgeving die merkbaar veranderd was. Niet perfect, wel veel evenwichtiger. Er lag een dagschema voor Tilly, er waren kleine routines voor voeding, verschonen en slaap, en het huishouden had een haalbare basislijn gekregen. Jake voelde zich zekerder in zijn rol en pakte vanzelf meer op. Omdat de structuur helder was, hoefde niemand meer te “raden” wat er moest gebeuren. Dat gaf lucht, tijd en ruimte om weer te genieten van de kleine momenten.
Belangrijk: het ging niet om een radicale ommezwaai, maar om slimme, praktische aanpassingen. Denk aan vaste blokken voor rust, simpele to-do’s, een boodschappenlijstje op de koelkast en een korte dagstart waarin ze taken verdelen. Kleine stapjes, grote impact.

Wat dit verhaal laat zien (en wat jij eraan hebt)
1) Verwachtingen vs. werkelijkheid
Ouderschap is prachtig én intens. Een eerlijke verdeling van zorgtaken lukt beter met duidelijke afspraken vooraf—en regelmatige check-ins achteraf. Door het gesprek open te houden (“Wat heb jij nodig?”, “Wat lukt wel/niet?”) voorkom je dat het scheef groeit.
2) Slaap is geen luxe
Slaaptekort raakt alles: je geduld, je concentratie en je energie. Het is normaal dat nachten rommelig zijn met een pasgeborene, maar structureel herstelmomenten inbouwen is essentieel. Ook korte powernaps, beurten ’s nachts en “slapen wanneer de baby slaapt” helpen.
3) Vraag hulp als het nodig is
Hulp is geen teken van falen, maar van zorgzaamheid. Familie, vrienden of professionele ondersteuning kunnen tijdelijk verlichting bieden en een werkbare routine helpen opzetten. Praktische tips en een frisse blik maken een groot verschil.
4) Routines brengen rust
Vaste ankerpunten—voedingsmomenten, een kalme avondroutine, een korte wandeling—zorgen voor voorspelbaarheid. Dat is prettig voor de baby én voor de ouders. Routines hoeven niet rigide te zijn; het gaat om houvast.
5) Samen leren is samen groeien
Niemand is “vanzelf” meteen overal bedreven in. Ouderschap is leren door te doen. Door elkaar ruimte te geven om te oefenen, groeit het vertrouwen en wordt samenwerken makkelijker.

Zo vind je als gezin (weer) de balans
Maak het bespreekbaar. Plan wekelijks 15
minuten om te evalueren: wat gaat goed, wat kan lichter, wat heeft
prioriteit?
Verdeel taken
concreet. Benoem wie wat doet en wanneer. Denk aan
nachtbeurten, boodschappen, koken, was en
rustmomenten.
Begin klein. Eén
extra hazenslaapje of één duidelijke avondroutine kan al verschil
maken.
Borg rust voor beide
ouders. Wissel af: de één doet een avondroutine, de ander
krijgt een uurtje voor zichzelf.
Gebruik
hulpmiddelen. Een eenvoudige planner, gedeelde notities op
de telefoon of een wekelijkse maaltijdplanning haalt ruis
weg.
Schakel tijdig hulp
in. Professionele kraamzorg, oppaservaring in de familie
of korte coaching kan net dat zetje geven.
Blijf vriendelijk naar
jezelf. Het is normaal dat niet alles meteen lukt. Vier
kleine successen.
Het positieve effect: meer verbinding, meer energie
Bij Mary en Jake bracht de combinatie van herstel voor Mary en begeleiding voor Jake snel meer rust. Het dagelijkse ritme werd overzichtelijker en de zorg voor Tilly voelde lichter. Belangrijker nog: er kwam weer ruimte voor aandacht, humor en samenzijn. Dat is de basis waarop jonge ouders verder bouwen.

Veelgestelde vragen (FAQ)
Hoe voorkom je dat de verdeling van zorgtaken
scheefloopt?
Maak verwachtingen concreet en plan vaste momenten om bij te
sturen. Eerlijke verdeling ontstaat door helderheid en
herhaling.
Wat als slaaptekort blijft
aanhouden?
Kijk naar de 24-uursbalans en zoek microherstel: korte dutjes,
taken ruilen, één “vrije” avond per week voor beide ouders. Blijft
het zwaar, vraag hulp.
Moet je je schuldig voelen als je hulp
vraagt?
Nee. Hulp vragen is een praktische keuze om goed voor je gezin te
zorgen. Het maakt je sterker, niet zwakker.
Welke routines helpen het meest in de eerste
weken?
Een voorspelbare avondroutine, een eenvoudige dagindeling
(voeding–rust–verzorging–speelmoment), en een vaste taakverdeling
per dagdeel.

Conclusie: samen kom je verder
Het verhaal van Mary en Jake onderstreept hoe belangrijk samenwerking, communicatie en steun zijn in de eerste periode met een pasgeborene. Door stil te staan bij wat ieder nodig heeft, taken eerlijk te verdelen en tijdig hulp te accepteren, ontstaat er weer balans. Met kleine, haalbare stappen groeit het vertrouwen, komt er meer rust in huis en ontstaat er ruimte om te genieten van het nieuwe gezinsleven—precies waar het om draait.

-
Actueel10 maanden geledenHardnekkige gerucht blijkt tóch waar: ‘Dit heeft Marco Borsato allemaal met Maan gedaan!’
-
Actueel10 maanden geledenAndré Hazes deelt per ongeluk beelden van vrij partijtje met Monique Westenberg
-
Actueel10 maanden geledenGeheime boodschap van André Hazes sr. gelekt: ‘Als mijn zoon straks geen Hazes mag heten…’
-
Actueel10 maanden geledenBroer Frans Bauer sloopt Mariska: ”Daarom blijft ze bij hem”
-
Actueel11 maanden geledenAndré Hazes wordt nog keer vader: ‘Baby al onderweg’
-
Actueel3 maanden geledenZoon van Guusje Nederhorst (22) treedt uit de schaduw van zijn beroemde moeder
-
Actueel11 maanden geleden? Schokkend nieuws: Zo lang heeft de ernstig zieke Martijn Krabbé nog te leven ??️
-
Actueel10 maanden geleden? Nieuwe onthullingen in de zaak Marco Borsato: dit geloof je niet!